Topographische en militaire kaart van het Koningrijk der Nederlanden

See below for (a summary of) this text in English.

Hieronder staat de beschrijving van de kaartserie. Daarbij horen ook de volgende pagina's

Titelgegevens

Titel: Topographische en militaire kaart van het Koningrijk der Nederlanden
Uitgever: Topographisch Bureau van het Departement van Oorlog
Jaar: 1850 - ca. 1925

Titelpagina (uitgave 1850-1864): Topographische en militaire kaart van het Koningrijk der Nederlanden
Vervaardigd door de Officieren van den Generalen Staf, en
Gegraveerd op het Topographisch Bureau, van het Ministerie van Oorlog
op de Schaal van 1:50,000

Voorgeschiedenis

Aan het einde van de 18e eeuw, in de tijd van de Bataafse Republiek, ontstond de behoefte aan een uniforme kaart van Nederland. Een poging om de bestaande kaarten samen te voegen leidde tot problemen vanwege inconsistenties daartussen. Daarom vond in de periode 1802-1811, dus ook in de tijd van het Koninkrijk Holland, de eerste landelijke driehoeksmeting plaats. Het resultaat daarvan was de 'Chorographische Kaart van Holland' in 9 bladen, ook bekend onder de naam 'Kaart van Krayenhoff', die uiteindelijk in 1823 was voltooid en tot 1876 is bijgewerkt. De schaal van die kaart was 1:115.200, namelijk 800 Rijnlandse roede van 3,7674 m (afgerond) op de Rijnlandse duim van 2,61 cm – het metrieke stelsel was nog niet erg gangbaar.

Vanaf 1816, dus al in de tijd van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, vonden terreinverkenningen plaats voor een kaart op grotere schaal dan de Kaart van Krayenhoff. Het resultaat moest een kaart worden op schaal 1:50.000, getekend in Bonneprojectie en lithografisch gedrukt. De centrale meridiaan van de projectie was de meridiaan van Amsterdam op 4°53' oosterlengte, de standaardparallel lag op 51°30' noorderbreedte. Dit punt, in de buurt van Chaam bij Breda, lag centraal in het toenmalige Nederland.

Tijdens de Belgische Revolutie in 1830 is de kartering in België stopgezet. Vanaf 1834 vonden weer regelmatig terreinverkenningen plaats. De projectie, met het middelpunt bij Chaam niet meer centraal in Nederland, werd niet gewijzigd omdat dan alle projectieberekeningen opnieuw gedaan moesten worden. In 1843 en 1844 is het eerste kaartblad (Breda) op steen gegraveerd – dat kostte meer dan een jaar – en in 1850 werden de eerste bladen uitgegeven. Pas in 1864 was de reeks compleet.

Kaarten

TMK 1850-1864. Bladwijzer
(ook als pdf en svg)

De reeks bestaat uit 62 kaartbladen. De meeste daarvan hebben een kaartbeeld van  50 × 80 cm (H × B)  maar enkele bladen aan de zijkanten hebben een half zo breed kaartbeeld ('half blad'); zie ook het overzicht van de onderlinge ligging van de kaarten en de lijst van kaarten en jaar van uitgave. Ze geven op de schaal 1:50.000 een beeld van Nederland en aangrenzende gebieden. Een 'heel blad' beslaat dus een gebied van  25 × 40 km.  Sommige kaarten bevatten maar voor een klein deel Nederlands gebied maar zijn toch in zijn geheel getekend. De tegenwoordige kaarten op de schaal 1:50.000 hebben, door een andere kaartprojectie en het gebruik van RD-coördinaten, kleine verschillen in de gebieden per kaartblad.

De kaarten zijn lithografisch gedrukt. Ze zijn ongekleurd. In de legenda zijn de vele symbolen verklaard. Zo zijn wateroppervlaktes aangegeven met lijnen evenwijdig aan de kustlijn, en hellingen met een systeem van dichte en minder dichte arcering voor steilere en minder steile hellingen (Topographisch Systhema van Van Gorkum).

In het 1,5 cm brede kaartkader staan de geografische coördinaten: noorderbreedte en wester- of oosterlengte (t.o.v. de meridiaan van Amsterdam), vermeld in graden en minuten, met een tussenruimte van 5 minuten. In de hoeken van het kaartkader zijn de geografische coördinaten van het punt vermeld in graden, minuten en seconden (in 2 decimalen nauwkeurig), en de rechthoekige coördinaten in meters ten opzichte van het middelpunt van de projectie (bij Chaam).

Buiten het kaartkader staan bovenaan links een overzicht van de aanliggende bladen, in het midden de naam van het blad, en rechts het nummer van het blad met daaromheen kleine cijfers die de afstand in bladen aangeven tot het blad Breda, waarop het middelpunt van de projectie ligt. Onderaan staan links de tekst "Ministerie van Oorlog" en soms ook "Topographische Inrichting", in het midden de schaal met aan beide zijden schaalstokken, en rechts de jaren van verkenning, eventuele herziening, gravure en uitgave. Langs de vier randen van het kaartkader staan tussen haakjes de namen van de aanliggende bladen.

Uitgaven

De eerste uitgaven van de kaarten zijn verschenen in de periode 1850-1864. Zie ook de lijst van kaarten en datering met de jaren van verkenning, gravure en uitgave; de latere herdrukken van die eerste uitgaven zijn daarin niet vermeld.

Daarna zijn de kaarten regelmatig bijgewerkt, zij het zonder vaste frequentie; zie ook de lijst van kaarten en jaar van uitgave (ontleend aan de gegevens in de Beeldbank van de Universiteitsbibliotheek van de Vrije Universiteit in Amsterdam). Soms liggen er meer dan veertig jaren tussen twee opeenvolgende uitgaven, een andere keer maar twee of drie jaar. Ook het aantal uitgaven van elke kaart (in de gehele periode van 1850 tot ongeveer 1925) is heel wisselend, variërend van een tot zes.



Topographische en militaire kaart van het Koningrijk der Nederlanden



© M. Witkam, 2016

valid HTML    valid CSS