Reymann's Special-Karte

See below for (a summary of) this text in English.

Hieronder staat de beschrijving van de kaartserie. Daarbij horen ook de volgende pagina's

Titelgegevens

Reymann's Karte of Reymann'sche Karte is de verzamelnaam voor een serie gedetailleerde kaarten (schaal 1:200.000) van Midden-Europa, uitgegeven in de periode 1806-1908. De serie is genoemd naar de eerste cartograaf, Daniel Gottlob Reymann (1759-1837), inspecteur van het Kaartendepot van het Pruisische leger. De officiële benamingen voor de serie zijn

Volgens het kaartenoverzicht uit 1838 moest de serie kaarten, in ruim 400 bladen, Duitsland (de Duitse Bond) en aangrenzende gebieden bestrijken.

Reymann's Special-Karte 
Kaartenoverzicht (1838) Reymann's Special-Karte
Kaartenoverzicht (1838)

De kaarten werden oorspronkelijk uitgegeven door Reymann zelf. In 1836 heeft de geograaf Heinrich Berghaus de uitgave van de serie overgenomen. Vanaf 1846 werden de kaarten uitgegeven door Carl Flemming in Glogau, onder redactie van Friedrich Handtke – ook redacteur van Sohr-Berghaus Hand-Atlas. In 1874 werd de serie verkocht aan de Generale Staf van het Pruisische leger. Na 1908 zijn de kaartbladen niet meer bijgewerkt.

Kaartbladen

Elk kaartblad beslaat een gebied van ongeveer 68 × 46 km. Het kaartbeeld is dus bij benadering 34 × 23 cm. Langs de randen van de kaart staan de namen van de aanliggende bladen, een schaalverdeling, en soms gegevens over cartograaf, graveur, jaartal en uitgever.

Door de gebruikte kaartprojectie (kegelprojectie, meridiaan 30° oost van Ferro) zijn de kaarten aan de zijkanten van het bestreken gebied gedraaid ten opzichte van het gradennet: ze zijn niet precies op het noorden georiënteerd.

De kaarten zijn in eerste instantie verschenen in kopergravure. Later is ook steendruk (lithografie) of lichtdruk ('heliografie') toegepast. De grenzen zijn meestal met de hand gekleurd, ook in de latere uitgaven. Veel aandacht is besteed aan het wegennet – logisch voor een militaire kaart. Ook verder geven de kaarten, gezien de schaal van 1:200.000, heel veel detail.

Overzichten:

Geschiedenis

Daniel Gottlob Reymann werkte sinds 1778 bij het Pruisische leger. In 1806 gaf hij, als inspecteur van het Kaartendepot (Plankammer), de eerste 6 bladen van de serie uit. In 1836, toen er 142 bladen verschenen waren, werd de serie overgenomen door Carl Wilhelm von Oesfeld, directeur van het Landmeetkundige Bureau (Trigonometrisches Bureau) van Pruisen. Uitgever werd de bekende geograaf Heinrich Berghaus, wiens naam ook op enkele kaartbladen voorkomt.

In 1846 werd de serie kaarten verkocht aan de uitgeverij Carl Flemming in Glogau, tevens uitgever van de Hand-Atlas van Sohr (later Sohr-Berghaus). Redacteur werd Friedrich Handtke, cartograaf, die al redacteur was van de Hand-Atlas. Ook zijn naam komt op een aantal kaartbladen voor. De serie groeide, volgens de planning uit 1838, aan tot 405 bladen in 1874. De kaartbladen bestreken Duitsland, Polen, het westen van Oostenrijk-Hongarije, een groot deel van Zwitserland, het noordoosten van Frankrijk, België, Luxemburg en Nederland.

De Pruisische Generale Staf kocht de serie in 1874 van uitgeverij Flemming, om ook goede overzichtskaarten beschikbaar te hebben – de eigen kaarten hadden een veel grotere schaal en bestreken dus een veel kleiner gebied. De serie werd uitgebreid tot 526 kaartbladen. De 121 nieuwe bladen bestreken Sleeswijk-Holstein, Noord-Italië, Zuid-Zwitserland en delen van Frankrijk. De serie had uiteindelijk moeten uitgroeien tot 796 kaartbladen, ook van delen van Engeland, Zweden, Hongarije en Zuid-Frankrijk.

In 1908 werd de uitgave van nieuwe bladen stopgezet. De bestaande kaartbladen werden ook niet meer bijgewerkt. De kaartbladen bleven in principe wel gewoon leverbaar, maar dan ongekleurd. In de catalogus van de Topografische Dienst (Landesaufnahme) uit 1931 worden ze nog genoemd. Kaarten die niet meer voorradig waren, konden worden bijgedrukt als dat noodzakelijk was.

In het voorjaar van 1945 zijn de koperen drukplaten van de kaarten, samen met ander materiaal van de Landesaufnahme, terecht gekomen in Greiz (Thüringen). In mei 1946 zijn ze daar door het Russische bestuur weggehaald. Vermoed wordt dat de drukplaten meegenomen zijn naar de toenmalige Sovjet-Unie.

Bronnen:




Reymann's Special-Karte

Sources:


© M. Witkam, 2007

valid HTML    valid CSS